Wie heeft het bij ‘t rechte eind?
Abe of Dennis
door
Hoe duiden we dit?

 

Onlangs stonden er in twee onafhankelijke berichten twee stellingen met de volgende gegevens: wit neemt een zet terug, zet daarna een zet en geeft mat in drie  (eerste stelling ) en twee (tweede stelling).

er ontspon zich een discussie tussen twee oplossers, fervente oplossers.  Hoewel; de linker stelling kwam van één van het.

Het waren Dennis en Abe en het ging over de eerste stelling.  Wie heeft er gelijk?  en is er een argument om één van de twee gelijk te geven?  De tweede, rechter stelling was -en is- duidelijk: daarvoor is maar één oplossing mogelijk.  dat hebben we reeds gezien.

Maar de linker?  Abe denkt dat daar twee oplossingen zijn, maar ik waag het te betwijfelen.

De terugzet is duidelijk, wit neemt zijn lange rokade terug.  Dan volgt of wederom lange rokade, en daarmee “bewijst” wit dat zwart de rokadebevoegdheid in een eerder stadium kwijt is geraakt, of wit slaat eerst de d-pion met de e-pion en rokeert alsnog op de volgende zet. Maar: volgens mij is die oplossing niet juist, omdat, wanneer na het slaan van de d-pion nu eens zwart is die rokeert…  heeft zwart op dat moment niet “bewezen” dat wit helemaal niet lang kan rokeren (en daarom zijn laatste zet terug moest nemen)?

Of is het mogelijk te bewijzen dat er geen duidelijk bewijs is?  Wie weet?

Reactie achterlaten