Oude aardappels doen het goed op de beurs
Schade aan de ziel
door
Misschien is de waarheid het leven zelf

Op zaterdag 9 januari reed C4 met twee auto’s – de pessimisten vertrokken om 10.30, de optimisten om 11.00 uur – naar Sint Jacobiparochie, het startpunt van de Camino, gelegen in het hoge noorden waar daags tevoren nog weercode rood gold.
Teamleider Rob gaf in de eerste auto duiding aan alle verkeersborden die wij onderweg tegenkwamen om chauffeur René’s stamina  op de proef te stellen – deze kon de reis halverwege de afsluitdijk niet eerder vervolgen dan na ‘mit ungeheuer Wut einen Apfelstrudel hinunter geschluckt’ te hebben-, terwijl filosoof Ruud invaller Peter Hoomans – Roel was met zijn Russische vrouw in Nizhny Novgorod waar hij een rib brak – deed verzuchten of de radio weer aan mocht, en zo bouwden we een gezonde wedstrijdspanning op die weinig goeds beloofde.
Toen ook de lichtzinnige reizigers Stef, Evert-Jan, Bert en Aad in de tweede auto waren gearriveerd, bleken we ons in de grote verlatenheid van ‘De Aardappelbeurs’ te bevinden. De stilte werd er slechts verstoord door het vervaarlijk kraken van de vliering onder het gewicht van onze voetstappen.
Na verloop van tijd maakte schijnbaar vanuit het niets een Fries zich los uit de klei en toen nog een en nog een en tenslotte kon de match Emanuel Lasker 1 – Caïssa 4 een aanvang nemen.
Het onderstaande verslag van de wedstrijd zelf is beknopt omdat sommige spelers er bezwaar tegen hebben dat hun openingskeuze en andere schaaktechnische aspecten worden genoemd en dat is een te respecteren standpunt.
bord 1: Ruud speelde tegen Tjalling Wiersma, een grootmeester correspondentieschaak (2200). Ruud kwam zeer goed te staan en bood toen, op de 22ste zet en na twee uur spelen, remise aan. Een nadere beschouwing volgt aan het slot van dit verslag.
bord 2: Stef (ver)dwaalde in de opening, verloor een pion en verklaarde blijmoedig – hij chauffeerde auto 2 en was zonder instructie van Rob en slechts voorzien van elektronische  navigatieapparatuur tot hier gekomen, hetgeen hem zelfvertrouwen had geschonken – dat hem zoiets ieder seizoen wel een keer overkwam en speelde vrolijk verder. Op de zestigste zet werd zijn optimisme beloond en behaalde hij een verdiende onverdiende remise.
bord 3: Evert-Jan won nadat een sterke aanval van zijn tegenstander niet doorsloeg.
bord 4: Aad verloor kansloos en verklaarde dat hij het schaken opgeeft en gaat dammen. In Friesland wonen veel sterke dammers, zoals oud- wereldkampioen Harm Wiersma, en wij lieten Aad in goede handen achter in De Aardappelbeurs.
bord 5: Rob wist met enig geluk een eindspel met een pion minder remise te houden.
bord 6: Bert won in de koningsaanval, waarbij het hielp dat zijn tegenstander door zijn vlag ging.
bord 7: René had wat last van zijn ingewanden en kwam snel remise overeen.
bord 8: Peter beëindigde zijn partij als laatste en kreeg een eindspel van toren + paard tegen toren + paard, waarbij hij daarenboven over twee pionnen beschikte, die ook nog verbonden waren. Zijn tegenstander bleek echter over een Grieks paard te beschikken waaruit in het laatste uur allemaal mannetjes tevoorschijn kwamen, zodat Peter niet mocht mopperen met remise, al deed hij dat wel.
Eindstand Lasker 3 1/2 – Caïssa 4 1/2.

Er zijn twee hoofdcategorieën schakers: autisten en neurotici.
In dit wedstrijdverslag heeft de oplettende lezer van beide soorten al tenminste één exemplaar kunnen ontwaren. ​Deze twee categorieën vormen de grondstof voor de vele mengvormen die men onder schakers aantreft. Schaken verergert de kwaal en doet schade aan de ziel.
De schade zit er onder meer in dat Caïssa naijverig is. Zij wil de gedachten van de schaker beheersen en duldt geen rivalen.
Dan is er de afgrond van de mogelijkheid van verlies. Hoe langer het geleden is dat de neuroot een partij verloor, hoe dieper de afgrond. Het is voor mij te lang geleden dat ik een partij verloor om een schaakpartij nog te kunnen beschrijven als ‘een leuk potje schaak’.
Het begrip neurose is als te algemeen in de psychiatrie verlaten, maar nog steeds goed bruikbaar. De neurose die optreedt bij – liever dan ‘door’, want wie weet wat eerst kwam –  schaken is angst (voor de blunder en het verlies) en het ontstaan van dwanghandelingen: te veel vluggeren op internet ten detrimente van andere, wellicht interessanter en zeker gezonder activiteiten. Rokers en drinkers kennen het verschijnsel ook: je doet wat je wilt, maar wil je ook wat je wilt?
Mijn oudoom Arthur stelt dat wij aan de blinde levenswil zijn onderworpen en dat we in het vita activa geen keus hebben, maar hij geeft ook de oplossing: resignatie en verzaking. Stoppen dus, maar ik blijf dit seizoen nog lid van de club en zet me in voor de lustrumcommissie. Na dit seizoen schaak ik echter niet meer in competitieverband voordat ik genezen ben. Sigmund Freud beschrijft een gezond mens als iemand die kan werken, spelen en beminnen.  Wij schakers kunnen spelen, maar is het nog een spel –of veeleer werk? En is het script van onze liefde voor Caïssa niet door de Markies geschreven?
Het schaakspel brengt veel meer spanning dan ontspanning, de balans is in dit spel verstoord.
Dit geldt vooral bij het spelen in competitieverband want dan telt alleen het resultaat. Plezier beleven aan het schaakspel wanneer alleen het resultaat telt is niet mogelijk.
Op 31/12/15 heb ik mijn onderneming beëindigd en de demonen ruiken hun kans. Ik ga maar weer eens werken –en hardlopen, natuurlijk hardlopen.

  1. Ruud van Caspel

    Ruud van Caspel zei op :

    Laat ik dan een reactie geven, ongeveer zoals de jonge Bobby Fischer zichzelf leerde schaken.

    Vroeger, toen ik nog jong was en maar een beetje bedorven, dacht ik dat schaken een spel van harmonie is, zoals Go en dammen, waarbij de schoonheid van de patronen ook het succes in het spel voorzegt. Een ander aspect van het schaken dat me bekoorde is het beroep dat gedaan wordt op het visualiserend vermogen en het geheugen.
    Dit laatste is ook het onderscheidend kenmerk tussen een zwakke en een behoorlijke schaker zoals Ed Leuw nu wel weet. Ed heeft na afloop geen herinnering aan zijn partij (en kan hem ook niet reconstrueren omdat hij zijn notatie niet kan lezen) en kan tijdens de partij maar één zet vooruitzien, de zet die hij gaat spelen met het hout dat hij in zijn hand nam.

    Het schaakspel is veranderd door de komst van de computer, een frivool partijtje uit de losse pols kun je niet meer straffeloos spelen, maar meer nog ben ik veranderd.
    Nu mijn fysiek en mijn zenuwgestel zijn verzwakt door ouderdom ontdek ik de ware aard van het schaakspel: schaken is een strijd der zenuwen. Mijn zenuwen zijn zwak.
    Het onderscheid wordt gemaakt, het succes wordt bepaald, door de (goede) fysieke conditie, het (sterke) zenuwgestel, voorliefde voor competitie (hetgeen in meer dan één opzicht harmonie onderschikt maakt) en bovenal zelfvertrouwen, geschraagd door het voorgaande, hetgeen ook tijdnood voorkomt en de tegenstander onzeker maakt –een tegenstander die nu jong en vol branie misprijzende blikken werpt op de oude man tegenover hem.
    Een ander onderdeel van het spel, een die je moeiteloos toeviel in je jonge jaren maar nu pijnlijk ontbreekt, is het concentratievermogen.

    Waarom spelen bij de denksporten jong en oud door elkaar? Zijn het dan geen sporten? Bij andere sporten, zoals tennis of voetbal, zijn er aparte competities voor jong en oud, of liever: geen competitie meer voor de ouderen.
    Iedereen wijst dan altijd op Kortchnoi maar dat bewijst juist mijn gelijk.

    Sommige oudere schakers trachten het leed te verkleinen door het spel te relativeren, maar dat accepteert Caïssa niet en haar straf is gruwelijk.
    Paul van der Sterren vertelt in de film van Arnth van der Tuinen dat hij onthechting nastreefde door meditatie om zo de storende factor van het angstige en benepen ego uit te schakelen. Hij slaagde hierin zo goed dat hij aan een overwinning geen vreugde meer kon ontlenen omdat hij zelf verdwenen was.
    Leven is lijden, tenzij je er niets van aantrekt, maar dan besta je niet meer.
    Gena Sosonko is gestopt met competitieschaak zeggende dat hij niet meer kan spelen zoals hij wil. Het is echter onmogelijk om anders te spelen dan je wilt. Wat hij bedoelt is dat hem in zijn ouderdom de kracht ontbreekt om nog opgewassen te zijn tegen de eisen die het spel aan de speler stelt.
    Pijnlijk was het te spelen tegen Robbie Hartoch. Je probeerde hem te ontwijken, maar hij vond je tenslotte altijd aan het bord en dan was er het remisevoorstel voorafgaand aan de partij. Zijn angst voor het spel was te groot, maar hij kon niet van het spel wegblijven, ongeveer zoals het paringsbeluste mannetje van de bidsprinkhaan.

    De afgrond van het mogelijk verlies duchten is iets anders dan niet tegen je verlies kunnen. Ik feliciteer en prijs mijn tegenstander graag, maar niet zo graag dat ik in die afgrond wil storten, zoals geen gelovige zich verheugt op een vroegtijdige dood teneinde zijn reis naar de hemel te bespoedigen.
    Ik moet altijd denken aan die dode hond van Malcolm Lowry.

    Er is maar één oplossing: stoppen met competitieschaak als het niet meer gaat.
    Dat moment kun je niet voorkomen, maar wel uitstellen: hardlopenamsterdam.nl.
    Ik doe dat op woensdagochtend in het Vondelpark onder leiding van David Knappstein.

    Is de spanning minder groot wanneer je anoniem speelt op internet en statusverlies niet dreigt? Een overwinning daar gaat meestal zo (chesshotel):

    G*2075: fuck you man
    G*2075: suck your father time i fuck your mother
    G*rudy: 🙂
    G*2075: you play with programm so you sun of prostitut
    G*2075: bye fils de pute
    G*2075: ije laisse ton programme gagner aub temps suce ton pere pendant que je baisev ta mere
    G*2075: tranlslate yopu will understand sun of prostitut
    G*2075: your programm win by time
    G*2075: i fuck your mother time you sucxk your dad and swallow
    G*2075: bye dream about my dick
    G*2075: i have to go out
    G*rudy: pourquoi sauver l’Europe?
    G*2075: suce ma queue sale fils de pute

Reactie achterlaten