Vandaag werd in Gouda het Nationale Pupillentoernooi gespeeld en Maarten Hoeneveld nam daaraan deel. Hij was eerder immers SGA-kampioen bij de H-tjes geworden.
Hij was een van de jongsten, in april 6 jaar geworden en slaagde er in 5e te worden en daarmeee een prijs mee te pakken. Dat is een prachtige prestatie, te meer omdat hij volgend jaar bij plaatsing in dezelfde leeftijdscategorie uit mag komen. Voor uitslagen en foto’s gaat u naar www.nationalepupillendag2009.nl Bij de H-winnaars ziet u Maarten 4e van links.
Friso Hoeneveld:
“Er waren 24 H-tjes en Maarten was als 4de geplaatst. Men speelde Zwitsers en de eerste 2 partijen won Maarten zonder al te veel problemen. De 3de partij bleek lastiger, al dacht Maarten halverwege Harm Jan mat te hebben. Zijn koning had nog een uitweg. Maarten bleef met dame en toren goed druk uitoefenen, het ging steeds net niet. Pionnetje naar de overkant dan. Nog één zet voor promotie. Inmiddels had Harm Jan wel kans gezien zijn dame en toren in stelling te brengen. Maar veel verdediging was niet nodig, pion naar voren zou volstaan. Dus nu niet vallen voor de verleiding… Ai, Maarten haalt een dame, wordt schaak gezet en gaat mat.
Met deze verliespartij en de sterke Andrew (1278) op kop nog niet achter de kiezen, werd een topplaats moeilijk. Partij vier werd gewonnen, nu kon het toch nog. De vijfde partij echter leek een drama. Tegenspeler Pieter eindigt met een dame meer. De jongens hebben samen nog zeker een half uur op de klok en er wordt gespeeld alsof elke seconde er een te veel was. Maartens koning snelt naar de rand, rap achtervolgd door koning en dame. En daar, opeens de hand van Maarten in de lucht, ‘pat!’. Wat een mazzel, maar wel 3.5 uit 5. Partij zes moest lukken en dat ging ook goed.
Het werd tijd voor een heldendaad. In het zaaltje waar de eerste borden stonden, speelde Maarten de laatste ronde tegen Andrew. Andrew stond op een koninklijke 6 uit 6. Nu had Maarten ooit (‘lang geleden’) van hem gewonnen, dus dat bracht ik nog in als motivatie. En, Andrew had inmiddels aan remise genoeg, ving Maarten op. Na enkele minuten stond Maarten al een stuk achter en opeens weer de hand: ‘ik bied remise aan’. Andrew was niet gek natuurlijk, dus hij weigerde beleefd, en het bleef bij 4.5 uit 6.
Maar wat was de eindstand? En, een heel belangrijke vraag bij elk toernooi: hoeveel bekers zijn er? Voor de eerste drie? Of misschien wel de eerste zes? En, hoeveelste stond hij nu? Zesde, misschien zevende – of toch nog vijfde? Hoger dan een vijfde plek zat er niet in, het ging om de WP’s en SB’s. Ha! Tot zijn verrassing waren er bekers voor de eerste vijf… en ja hoor, met een SB-puntje meer: vijfde van Nederland!”