Met ingang van dit seizoen wordt in de KNSB-competitie gespeeld met een nieuw speeltempo met een toegevoegde tijd van 30 seconden per zet. Het betreffende artikel in het competitiereglement luidt:
23.1. De speeltijd bedraagt voor elk der spelers 40 zetten in 90 minuten en daarna 30 minuten extra bedenktijd. Bij elke zet vanaf de start krijgt elk der spelers 30 seconden extra bedenktijd.
Vanwege die 30 extra seconden blijft de notatieplicht van kracht, ook als een speler minder dan vijf minuten over heeft. Dit is geregeld in de FIDE-Regels voor het Schaakspel:
8.4 Als een speler op enig moment in een periode minder dan vijf minuten over heeft op zijn klok en hij er niet minstens dertig seconden toegevoegde tijd per zet bij krijgt, dan is hij voor het restant van die periode niet verplicht zich aan de vereisten van artikel 8.1 (de notatieplicht, RP) te houden.
Een ander gevolg van de tijdincrement is dat de mogelijkheid om remise te claimen op grond van artikel 10.2 vervalt (minder dan 2 minuten op de klok en de tegenstander doet geen poging de partij op een normale manier te winnen). Artikel 10 betreft namelijk het versneld beëindigen:
10.1 ‘Versneld beëindigen’ betreft de periode van een partij waarin alle (resterende) zetten moeten worden gedaan in een beperkte tijd.
En daarvan is met de 30 extra seconden per zet geen sprake meer.
Caissa beschikt over net genoeg digitale klokken voor een thuiswedstrijd van alle zes de KNSB-teams (57 stuks, 2 in aantocht).
Het instellen van de klokken is niet vanzelfsprekend, in verband met ‘bugs’ in verschillende typen en productieseries. De KNSB beveelt aan niet een voorgeprogrammeerde voorkeursinstelling te kiezen, maar het speeltempo handmatig in te stellen. Er zijn handleidingen beschikbaar voor de drie typen DGT’s die Caissa in gebruik heeft.
Naar aanleiding van een vraag op de clubavond heb ik toegevoegd dat de mogelijkheid om remise te claimen op grond van artikel 10.2 vervalt.