Olaf (Ephraïm) en Jos (van Ommeren) hadden het zwaar ditmaal op de topborden, ook omdat hun tegenstanders 2150+ hadden: 2-2. Martijn (Miedema) is een speler die gewoonlijk complexe stellingen op het bord krijgt, maar als de engines zijn partij van vandaag berekenen, dan zullen ook Fritz en consorten in slaap vallen. De marge zal nooit meer dan 0.05 zijn geweest. Zelden zo’n gelijkmatige partij meegemaakt. Wim (Nijenhuis) had een ouderwetse, van hem bekende hotseknots-partij. Met andere woorden: hij had moeten winnen, maar liet dat na: 3-3. En zo komen we uit bij René en Ton die langzamerhand een abonnement hebben genomen op “lekker lang doorgaan”. Iedereen beet op zijn nagels, blikken over en weer, maar zij bleven relatief kalm. Het kon lang nog alle kanten uit totdat Renés tegenstander een bok schoot en dat met opvallend kinderlijk vertoon ventileerde. We hoorden ergens tegen een deur trappen, maar René pakte simpel het punt. Ton had inmiddels met trefzeker spel alle angels uit het spel getrokken en stond wat beter, maar het was niet voldoende voor de winst. Eindscore 3,5-4,5. Terug in de auto probeerde ik als captain op gedistingeerde wijze Ton te wijzen op zijn problematisch tijdmanagement. Paarlen voor de zwijnen, want zijn stelling dat hij nooit en te nimmer onder de minuut zou duiken, snoerde mij de mond. Ik probeerde nog te counteren met:”ja, maar dat is echt niet voldoende als je al na 6 zetten nog maar één minuut over hebt”, maar die reposte werd met een bulderende lach van Ton de vergetelheid in geschoten.
DSG Pallas – Caissa 5
moppen en inside-informatie
door
Uw reporter kan niet slapen, en zit in badjas en met de lenzen al uit op 5 cm van het beeldscherm te typen. En dit alles omdat mijn teamgenoten zelfs met een zweep (nog) niet aan te sporen zijn een verslagje te schrijven. Toch hebben ze me vandaag blij gemaakt met een nipte winst tegen DSG Pallas. Invaller Peter (van de Werf) en ik hadden tijdens de rit naar Deventer relaxed de moppen van Ton (van Nieuwkerk) en de altijd interessante inside-informatie van René (Pijlman) aangehoord. Peter en ik rookten vooraf nog samen een sigaretje en zo stond het al 2-0 vóór ons tweede sigaretje.
Ik weet niet wat een ouderwetse, van mij bekende hotseknots-partij is. Het zou een ziekelijk opvoeren van de taktische spanning in opkomende tijdnood kunnen zijn. Ik startte dynamiek, verliefd op een flits van inspiratie, maar niet correct, of even had moeten voorbereiden, voldoende om naast mezelf ook de tegenstander een beetje gek te maken, had inderdaad kunnen winnen op zeker moment, maar niet zozeer volgens de methode van de kiebitzers, en niet nadat ik vreselijk had moeten verliezen
Daarom mag ik Wim graag: hij weet uiteindelijk als geen ander hoe hotseknots hij spelen kan, mits niemand met dat oordeel instemt natuurlijk 😉