Kort gezegd: Enrico speelde snel remise en had hopelijk toch nog een aardige middag.
Alje, Anno en Harmen wonnen en waren daar hopelijk heel blij mee.>Juan, Abe, Rik en uw dienaar verloren en waren daar hopelijk niet al te ziek van.
Maar laten we doen alsof het toch een teamwedstrijd was. Bij voorbaat excuus als ik onzin beweer over de partijen van de anderen. Ik was al laatste klaar en heb daarna de meesten van mijn teamgenoten niet meer gesproken.
De eerste belangrijke gebeurtenis van de wedstrijd vond plaats in mijn eigen partij. Ik trapte met wit in een onnozele val en verloor een stuk. Dat ging als volgt (het is zo onnozel dat het ook zonder diagram misschien te volgen is): 1.e4 e5 2.Pf3 Pf6 3.Pxe5 Pxe4?! 4.De2 De7 5.Dxe4 d6 6.d4 dxe5 7.dxe5 Pc6 8.Lf4? g5! 9.Lg3?? f5! en hier had ik kunnen opgeven maar dat vond ik toch te dol.
Terwijl ik een uurtje later aan het rondlopen was, meldde Enrico me dat hij een remiseaanbod had. “Beetje saaie stelling.” Nou bestaan er volgens mij geen saaie stellingen, maar Enrico had blijkbaar niet de inspiratie om a la Carlsen eens lekker in die zogenaamd saaie stelling te gaan hangen. Remise dus.
Links naast mij had Juan ook niet zijn dag. Ik vond zijn stelling er in het vroege middenspel al niet helemaal jofel uitzien, met een toren op h7 die een zwakke f-pion moest verdedigen. Toen wit ook nog op de damevleugel in actie kwam, offerde Juan een stuk waarvoor hij blijkbaar geen compensatie kreeg, want al enkele zetten later gaf hij op met een gebaar waaruit duidelijk zijn afkeer over zijn eigen spel bleek.
Alje kreeg met zwart een soort aanval tegen zijn Caro-Kann te verwerken. Het is dit seizoen al vaker gebeurd dat ik Aljes stelling aan bord 1 een beetje eng vond, maar hij meldt na afloop steevast dat hij nooit in gevaar is geweest. Dit keer maakte ik me dus geen zorgen en dat bleek terecht. Alje won, waarmee hij zijn score op een geweldige 6,5 uit 7 bracht. Dat wordt misschien geen meesterresultaat, maar wel een meester-TPR! En 8,5 uit 9 moet genoeg zijn voor een grootmeester-TPR.
Inmiddels stond Abe rechts naast me kansloos een pion achter, een pion die hij overigens op niet veel minder onnozele wijze had weggegeven dan ik mijn stuk. (Als mijn spel invloed uitoefende op mijn buren, was het geen goede.) Anno, die aan bord 2 lang alles onder controle had gehad, zoals we dat van hem gewend zijn, had een koningsaanvalletje over zich heen gekregen. Dat was althans mijn vluchtige indruk. Harmen aan bord 7 leek me weliswaar prettig te staan, maar bij Rik aan bord 8 was van alles nog mogelijk.
Mijn compensatie voor mijn stuk was inmiddels zo goed als verdampt. Toen ik even buiten een luchtje ging scheppen en daar Enrico en Alje aantrof, biechtte ik op dat ik te lang doorspeelde, en uitte ik mijn bezorgdheid over de wedstrijd. Enrico stelde me gerust: Anno stond gewonnen (ik had niet goed gekeken) en borden 7 en 8 “stonden heel goed”.
Wat Harmen betreft kreeg Enrico gelijk, want Harmen zette ons op weer op voorsprong. Hij gaat na dit seizoen de club verlaten voor een baan in Mozambique, maar, als om te bewijzen dat hij het Vaderland niet zal vergeten, speelde hij trots en al bij voorbaat weemoedig het Hollands. Hij bereikte al snel een comfortabele stelling en wist deze ook te verzilveren.
Abe moest inderdaad opgeven, waarmee de stand weer gelijk was, maar Anno zorgde met zijn overwinning (waar geloof ik een wat merkwaardige discussie over de klok aan voorafging) voor een 3,5-2,5 voorsprong.
Zo waren Rik en ik nog over. Leek ik aanvankelijk nog wel enige kansen te hebben gekregen voor mijn verloren stuk (de site van Kennemer Combinatie spreekt zelfs van een “gevaarlijk stukoffer”), vanaf zo’n beetje zet 17 was daar geen sprake meer van en gaf alleen het tijdgebruik van mijn tegenstander me nog een beetje hoop. In zijn lichte tijdnood probeerde ik zo min mogelijk forcerende zetten te doen, om hem een embarras du choix aan winnende zetten voor te zetten en hem te verleiden de zaak te gaan forceren. En die opzet slaagde ook nog. Hij blunderde zijn plusstuk weer terug, waarna een materieel gelijk dame-eindspel resteerde met voor hem wel een sterke vrijpion.
Hoe kon het nog fout gaan? Rik stond immers sowieso niet slechter?
We moeten niet aan ‘bloedgroependenken’ doen, maar voor de MEMO-ers onder de Caïssianen is het misschien toch aardig om te vermelden dat Rik tegen de illustere Pieter Kroon speelde. Pieter heeft als ik mij niet vergis nog voor MEMO 1 in de Hoofdklasse gespeeld, maar belangrijker nog is zijn werk als tekenaar en columnist voor het clubblad van MEMO. Onbetwist hoogtepunt was zijn stuk ‘De waarheid over Brunssum’. “Bankzaken! Oorlogskleuren!” De MEMO-lezer weet nu genoeg. Enfin, genoeg hierover. Rik speelde een moeilijke en interessante partij, maar ging op zijn 39e in naar eigen zeggen onduidelijke stelling pardoes door zijn vlag. Die increment kan een vals gevoel van veiligheid geven. Het is een beetje als de fietshelm, waar sommigen tegen zijn omdat je er roekeloos door zou gaan fietsen. Of dat waar is, weet ik niet, maar bij onze teamleider was het effect wel waarneembaar.
Toen resteerde dus nog mijn dame-eindspel. Misschien had ik het remise kunnen houden door eerder te beginnen met schaakjes. Hoe het ook zij, mijn tegenstander speelde het keurig uit en ik moest capituleren.
Dat was het dan. De Kennemer Combineerders waren blij. Het is ze gegund.
Caissa 2 |
2143 |
Kennemer Combinatie 2 |
2064 |
3½ |
4½ |
|
1. |
2197 |
2132 |
1 |
0 |
||
2. |
2147 |
2035 |
1 |
0 |
||
3. |
2179 |
2195 |
0 |
1 |
||
4. |
2112 |
2036 |
0 |
1 |
||
5. |
2125 |
2088 |
0 |
1 |
||
6. |
2148 |
2071 |
½ |
½ |
||
7. |
2136 |
1991 |
1 |
0 |
||
8. |
2100 |
1968 |
0 |
1 |
Zoals Paul Janse schrijft: Pieter Kroon was ooit columnist bij Memo,het zal allemaal ooit in het archief van Caissa toegevoegd worden, nav het Van het Hul-legaat, maar nu alvast een voorbeeld: http://wimnij.home.xs4all.nl/memo/memo8485.html#red