Over Willem Grünbauer

Willem Grünbauer
Nee, zal het nooit leren!
chessures
Casual
door
of zijn het, wellicht, naast de bekende les sabots, les chessbots?

Zijn  toch reuze-aardig?

En uiteraard iedereen in 2017 een zeel veelbelovend schaakjaar…..

DRIE VELLETJES SCHAAK
Een paar mooie partijen
door
Byrne-Fischer, Botwinnik-Euwe en nog een Hongaar...

Dat er “schaakzegels” waren wist ik al langere tijd.  Maar buiten het

img01766-20161124-1256

Hongaarse postzegelblok waarop de Hongaarse opening staat afgebeeld en

dat ik reeds kende, blijken er (minstens) nog twee te bestaan: één uit

Sint-Maarten en één uit Aruba.  Alleraardigst, niet!

img01767-20161124-1256 img01769-20161124-1256

CHESS ON ICE
ECHT HEMA!
door
Alleen voor de supersnelschaker!!!

Opeens zag ik ze liggen; gistermiddag, gewoon!  bij de HEMA!

 

Middelen voor het maken van ijskoude stukken!   Nadat ze uit de vriezer komen moet er natuurlijk zeer snel gespeeld worden.

Er is echter een klein probleem: hoe los ik in dit geval de tegenstelling wit/zwart op?

Wie heeft hiervoor een oplossing?

Echt Hema
Ice Cubes

img01762-20161124-1209 img01764-20161124-1209 img01765-20161124-1210

Schaken tegen Grootmeesteressen
Nou ja, dat is eigenlijk niet juist....
door
Schaken tegen de top-twee van Nederland

Schaken tegen de twee beste vrouwen van Nederland met de titel Women Grandmaster (WGM) en (Womens) International Grandmaster (IM), Anne Haast en Zhaoqin Peng, afgelopen zaterdag in Amsterdam.

Een kleine, vluchtige impressie……

Anne gaat zetten tegen de jongste tegenstandster…..

Wikken en wegen, terwijl Robert toekijkt…..

Toernooizaal zit nog vol, Peng en Anne schaken onverminderd door.

 

Anne aan zet……

Ruim drie uur later. Bijna iedereen is reeds, al dan niet, verslagen. Geheel rechts zit Roel van Duijn nog over het bord gebogen en zou uiteindelijk zelfs winnen (!) Rechts in de hoek nog Hans Uiterwijk en ikzelf terwijl er achterin nog twee verwoede pogingen doen…..

De eindstand, remise gegeven. Maar is het wel remise? Achteraf blijkt het dat de pion op b6 moeilijker te verdedigen is dan gedacht. Hadden toren en dame samen op de zesde lijn gestaan, was het wellicht moeilijker doorkomen voor wit.

Maar toch… remise dus; en in mijn geval klonk dat als een overwinning.
Anne won, ruim een jaar terug, van Jan Timman.

Gelijk spelen tegen Anne en Peng is misschien een beetje winnen van Timman. Toch?

Aldus….. een dit keer niet al te bescheiden….

Chess-line
Schaakkleding
door
Voor de echte schaakven

Nieuw; schaakoverhemden.

 

1:  Voor als men met wit speelt ‘)

<P>

IMG-20160116-00596

‘) kan ook bij zwartspelen gedragen worden

 

2:  Voor als men met zwart speelt’)

Amersfoort-20160116-00601

 

‘) mag ook bij witspelen gedragen worden.

 

Ome Willem

 

 

 

Verhuisbericht
Van Hulst
door
Voor een kaartje of berichtje

Sinds kort woont “onze” professor dr. J.W. van Hulst in Zorgcentrum De Buitenhof,

Kamer 0011 (tot einde deze week nog kamer 0022),  Nieuwe Herlaer 2,

1083 BD AMSTERDAM

 

De professor deelde aan ons (Maurice A, en Willem G.) mede dat hij de club erg mist.  Wel wenst hij u allen mooie en schone partijen toe.

 

vr. gr. W.

Prof. van Hulst
Bijzondere mededeling
door
Over ons 104-jarige oudste- en ere-lid.

Telefonisch de ons alom bekende professor gesproken en op mijn vraag naar zijn welstand antwoordde hij, nog immer helder, maar trager dan ooit: “Barslecht” .  Vervolgens vertelde hij, en er klonk droefheid in zijn oude stem, dat hij binnenkort, na veertig jaar, zijn woning moest verruilen voor een verpleeghuis; Buitenhof.

Zijn, tot nog toe, laatste woorden door de telefoon: “…en daar zal ik wachten op mijn dood; daar heb ik vrede mee.  Mijn leven is in G’ds hand”.

 

Willem.

Pedagoog, politicus, verzetsman
En ook nog schaker, maar dat wisten we al
door
Een biografie over ons oudste clublid prof. J.W. van Hulst

Woudenberg-20150528-02078
Al enige tijd hangt ze aan een dun, onzichtbaar draadje, de langzaam wassende maan, aan de westenhemel, tussen Kreeft en Leeuw, aan Jupiter terwijl op afstand een juist ondergaande Venus glimlachend toekijkt; een enigszins enerverende week nam zijn aanvang.

Niet zozeer vanwege mijn drie mooie schaakpartijen die de afgelopen dinsdag voor mij, met behulp van drie verschillende tegenstanders, op het bord tevoorschijn werden getoverd; drie, waarlijk mooie partijen waarvan er twee met een opening begonnen die volstrekt theoretisch onjuist waren en waardoor meteen vanaf het begin alles opnieuw moest worden uitgevonden; niet onverdienstelijk eindigde ik in mijn groepje met 2 1/2 punt op de eerste plek.

Het meer echter volgde de dag erna, gisteren dus, toen we afreisden naar Den Haag, en het was alweer de professor die daar de aanleiding voor was, Met andere woorden: ook enigszins schaakgerelateerd, al was dat die dag bijzaak, zij het niet een geheel onbelangrijke bijzaak. Misschien zelfs wel een stuk minder bijzaak dan menigeen wel zou vermoeden.

De “professor”, zo ongeveer mijn oudste vriend; ach: een oudere vriend hebben is schier onmogelijk, zeker als die vriend de leeftijd van honderd en vier jaar heeft bereikt. Maar ‘t was de professor die de aanleiding vormde voor onze (mijn echtgenote en ik) afreis naar, wat ik eens deftig zal noemen, ‘s-Gravenhage, nog steeds de officiële naam van deze stad waar vele vorsten hun behuizing hadden; ten minste twee koningen zagen er het levenslicht (de eerste en tweede Willem), maar ook de Engelse koning Willem, “onze” stadhouder de derde, in tegenstelling tot de tsarenzoon koning Willem de derde die in Brussel ter wereld kwam, ach, ‘t zijn aardige weetjes die u eigenlijk meteen weer kunt vergeten.

Eenmaal aangekomen in de Hofstad parkeerden we het voertuig dat ons tot daar had gebracht, niet ver van het Binnenhof en wandelden daarna die richting op, want er was voor ons een plaats gereserveerd in de Eerste Kamer der Staten-Generaal, op uitnodiging van de voormalige voorzitter, jawel, oud-voorzitter Johan van Hulst, de professor die, na jaren van afscheid, ook langs zou komen.
Overigens: niet voor een spelletje schaak, en ook niet om opnieuw de politiek in te gaan; dat niet, maar na de wandeling traden we bij nummer 22 naar binnen en spoedig stonden we in de zogenoemde hal, een prachtige zaal met eeuwenoude schilderijen van Nederlanders uit een ver verleden zoals Frederik-Hendrik, Maurits en het fabelachtige schilderij van Stadhouder Willem de Vijfde, geschilderd door de Zwitser Benjamin Bolomey waaronder we een tijdlang stonden te wachten terwijl allerlei oude collega’s van de professor binnentraden, de professor die aan gene zijde van de zaal onder één van de andere stadhouders “zijn” visite ontving.

Na enige tijd traden we de zaal, bekend om de groene bankjes, in, en namen plaats in een bankje waar gebruikelijk leden van de Partij van de Arbeid en andere linkse rakkers zitten; dat bleek uit de woorden van de oud-politicus Bas de Gaay Fortman die toevallig voor ons zat en aan de voorzitter meedeelde dat hij op zijn “oude” plek had plaatsgenomen en kennelijk had ook meneer Wiegel dat gedaan omdat die aan gene zijde van de zaal, recht tegenover mij, zat; beide politieke strijdmakkers voerden even later ook het woord; het woord ter opluistering van een biografie over de pedagoog, verzetsman en politicus Van Hulst waar het onderwerp de voorwaarden en kunsten van het voeren van een goede redevoering doorheen geweven werd. Welnu: wie Hans Wiegel kent uit het verleden, weet dat hij daar aardig bedreven in was en ook dit keer vielen er rake klappen terwijl eveneens de oude Bas weer ongeëvenaard van zich liet horen terwijl ver bovenin de vergaderzaal, zoals altijd, Polen, Turken, Russen en ander volk onder het immer toeziend gelaat van koning Willem de Tweede ontluisterend toehoorden en vooral in de redevoering van de thans Groen-rechtse Bas kwam, voor zover ik het allemaal begreep, naar voren dat menig politieke onenigheid tijdens één van de vele Hoogovenschaaktoernooien te Wijk aan Zee werden opgelost.
Groen-Rechts, zo werd in de eindtoespraak van de professor zijn oude vriend Bas snaaks en ondeugend betiteld wat grote hilariteit in de zaal tot gevolg had, de toespraak die volgde op opgehaalde schaakherinneringen van Jan Nagel, Jan, die overigens niet op zijn plaats zat maar voor deze gelegenheid zich had verscholen in een VVD-bankje en ik weet nog wel wat ik toen dacht: “Je moet maar durven”, zoiets als je eigen koning achter de pionnenrij van je tegenstander spelen.

Na afloop van de boekpresentatie; de biografie onder redactie van Wouter van Haaften en Gerlof Verwey, wachtte ons nog een fikse borrel, financieel geregeld, zij het indirect, door de belastingbetaler met onder meer bitterballen die wij ons genoeglijk lieten smaken in een gezelschap van gepensioneerde Tweede Kamerleden die bijna allemaal daarna wel ergens burgemeester geweest waren, alsmede bejaarde universitaire docenten en natuurlijk Bas, die, naast mede-politicus, ook schaaktegenstander van de professor is, danwel op zijn minst geweest is en toen andere genodigden langzaam afdropen vroeg ik aan hem waar we, in de buurt, goed konden eten.

“In Schlemmer”, zei hij zonder enige aarzeling “daar is menig kabinet gesmeed”, liet hij er, kordaat en als een echte Groene, rechtse of linkse, onverkort op volgen en dus, om de dag in stijl af te sluiten, namen wij na een korte wandeling over het binnenhof plaats in “Schlemmer” aan de Lange Houtstraat, aan het tafeltje waar ooit Balkenende en Klink hun plannen hadden uitgedacht, hetzelfde tafeltje, links in de hoek, waar ook Rutte zo af en toe aan luncht als we de uitbater mogen geloven. Ik moet het nog vragen, maar het is niet geheel ondenkbaar dat de professor daar ooit tijdens een korte werkonderbreking met Jan of Bas, danwel een andere schakende parlementariër, heeft zitten schuiven.

Tijdens de avondschemering lieten we het eeuwenoude ‘s-Gravenhage achter ons; sporen groen pluche aan mijn voor deze gelegenheid aangetrokken zwarte broek herinnerden aan mijn zitting in de Eerste Kamer, eentje die men ons niet meer afneemt; uit het autoraam, rechts, zag ik boven mij Gemma van de Noorderkroon; tussen de gezamenlijke baan van Saturnus en Jupiter, net buiten de raaf, een reeds halfwas maan in wiens licht ik het pas aangekochte boek doorbladerde.  Het is duidelijk; mijn vrouw reed.

Het boek: uitgeverij verloren ISBN 978-90-8704-524-2, prijs ca. 25 euro.

Willem Grünbauer

Chesspiece of cake
door
Mijn onschuldige schaakverslaving

Tja, daar heb ik even over na moeten denken. Nadenken zoals een schaker behoort te doen over een cruciale zet in het middenspel, doorgaans de zet die ik nogal eens een zet te laat zie, maar dat even daargelaten. Dit keer zocht ik naar een middel om aan de behoefte van mijn verslaving te voldoen; reeds had ik eetbare stukken, stukken van witte- en melkchocolade en droomde inmiddels van een eetbaar bord: opeens, als bij toverslag, vond ik de oplossing.

 

Woudenberg-20150514-01793

En wat een eenvoud!

Plak twee halve chocoladedames met suikerlijm aan malkander tot een volwaardig stuk, ga daar mee door met een koning, twee lopers, torens en een links en rechtskijkend paard, alsook de pionnen totdat alle stukken gereed zijn en een compleet spel is ontstaan. Onderwijl bakke men enkele cakes, gewone- zowel chocoladecake en snijdt ze, na het gereedkomen, in schaakveldgrote vakjes, 32 van elk en voeg ze schaaksgewijze saam zodat een heus, eetbaar, bord ontstaat en plant daarop de zojuist samengesmolten stukken.

Een chesspiece of cake!
Voedingswaarde bij benadering:

Wit vakje: 200 K.cal,

bruin vakje 210 K.cal

Wit vakje met pion 220 K.cal

Bruin vakje met pion 231 K.cal.

wit vakje met stuk: 240 K.cal.

Bruin vakje met stuk: 250 K.cal.

Willem, Willem Grünbauer.