cees van klaveren (1514) – karol lesman (1367), 1 februari 2011 ——————————————————————————– 1. b3 Sinds anderhalf jaar speel ikzelf met wit nooit meer e4 maar uitsluitend b3, maar met zwart heb ik b3 nog nooit tegen gehad. Dit wordt dus de eerste keer. 1… Nf6 2. Bb2 b6 3. Bxf6 gxf6 4. e4 Bb7 5. d3 Bg7 6. Nf3 d5 7. exd5 Bxd5 Ik had hier beter met de Dame kunnen slaan. 8. Nh4 e6 9. c3 c5 10. Nf3 f5 11. Be2 Nc6 12. Qd2 h5 13. Na3 Bh6 14. Qb2 Qf6 15. Nb5 Mijn tegenstander speelt niet sterk, maar zelf doe ik ook niet altijd de beste zetten. Hier had ik natuurlijk lang moeten rokeren. 15… Kd7 16. Rd1 a6 17. Na3 Bg7 18. Nb1 Ne5 19. Nxe5+ Qxe5 20. f3 h4 21. O-O f4 Weer geen beste zet, beter was geweest eerst 21….h3 te spelen en na 22.g3 pas 22….f4 22. d4 Qe3+ Ik had hier 22….Dg5 willen spelen, maar besloot uiteindelijk toch om onduidelijke redenen mijn Dame op te sluiten. 23. Rf2 cxd4 24. cxd4 Rac8 Foei! Dit had natuurlijk 24….Thc8 moeten zijn. 25. Bxa6 Bxd4 26. Bb5+ Gewoon de toren slaan op c1 is waarschijnlijk winnend voor wit. 26… Kd8 27. Qxd4 Qxd4 28. Rxd4 Rc1+ 29. Rf1 Rc2 30. a4 Ke7 31. b4 Rg8 32. Nd2 h3 33. Rf2 Rc1+ 34. Bf1 Rd1 Wit mag hier nu niet op f4 slaan, want dan geeft hij een stuk terug. 35. Rxf4 Rxg2+ 36. Rxg2 hxg2 37. Kxg2 Rxd2+ 38. Kg3 e5 39. Rg4 Vanaf dit moment denken alle om mij heen staande teamgenoten en Fritz: f5, f5, f5… 39… Be6 40. Rg8 f5, f5, f5…. 40… Rb2 41. h4 f5! f5! f5! Wit gaat mat of verliest zijn toren, maar ik zie het niet. 41… Kd6 42. h5 Nu is het geen mat meer, maar zelfs dat zie ik niet, maar nu doe ik wel… 42… f5 43. h6 Bxg8 0-1 Met dank aan Chess Tempo voor de PGN-viewer.
Archief van de auteur: Karol Lesman
door
Voor het begin van het nieuwe seizoen schreef Jaap van Velzen aan zijn teamleider, dat hij vanuit pythagorische krachtlijnen denkend blij was met het nieuwe getal 13 dat, veel beter dan dat platte en door alles en iedereen te delen getal 12, in staat zou moeten zijn te regeren over de chaos, waaraan een team dat zeven keer op rij in de tweede klasse van de SGA het onderspit had moeten delven, terecht was gekomen.
Maar de magische krachten van dit excentrieke priemgetal hebben niet kunnen verhinderen dat onze eerste twee wedstrijden in de vierde klasse in smadelijke nederlagen zijn geëindigd, waaronder een, weliswaar met het kleinst mogelijke verschil, tegen ons eigen verrassende veertiende. Tegen Almere 7 hadden we dus iets goed te maken en niet alleen negen (!) opeenvolgende nederlagen. Waarschijnlijk zal niemand er afgelopen dinsdag aan gedacht hebben (behalve de teamleider), maar het was juist deze tegenstander die ons twee seizoenen geleden met een eveneens minimale winst van het kampioenschap in deze klasse had afgehouden. Maar na afgelopen dinsdag lijkt alle (?) leed geleden. Eerst kwam Pold op bord 7 melden dat hij had gewonnen. Een blik naast mij, op bord 2, leerde dat Wim in een vele betere stelling twee pionnen en een vol stuk voorstond, dus bood de teamleider in een onduidelijke stelling op bord 1 remise aan, die zijn tegenstander, zo zou later Fritz beweren, iets te snel accepteerde. Toen had Jaap (van Velzen) zijn belofte (om vandaag per se te winnen) op bord 6 al ingelost, terwijl ook op bord 5 Jaap (Tanja) remise had gespeeld. Aan bord 4 werd vooral door Jeanne’s tegenstander gepraat, die het verder ook wel gezellig vond, maar Jeanne vond winnen belangrijker (en misschien ook wel gezelliger) dan praten. Bij een stand van 4-1 dwong Wim zijn tegenstander uiteindelijk tot overgave en nog geen vijf minuten later zette René op bord 3 zijn tegenstander keurig mat. Pitt op bord 8 speelde met een toren meer en met meer tijd op zijn klok zijn partij nog een tijdje kalm door en bepaalde de eindstand op: 7-1. Ja, Jaap leve de priemgetallen.
CAISSA 13 ALMERE 7 7 – 1
Karol Lesman – Simon Vreeburg ½ – ½
Wim Wijnveen – Charles Brandenburg 1 – 0
René Nooteboom – Sjaak Dorval 1 – 0
Jeanne Potters – Johan van der Biezen 1 – 0
Jaap Tanja – Dick Brugman ½ – ½
Jaap van Velzen – Kok van Drunen 1 – 0
Pold Gomperts – Ruurd Admiraal 1 – 0
Pitt Treumann – Jouri Wentink 1 – 0
door
Waar haal ik de euvele moed vandaan om met mijn bescheiden 1397 ELO punten (volgens de KNSB-ratinglijst van 1 februari 2010) een partij van de week in te sturen? Misschien om nog eens te laten zien hoe er in de lagere regionen wordt geschaakt? Om de bittere nasmaak van mijn openbaar gemaakte nederlaag tegen Angstgegner Johan van der Klauw (dit was mijn tweede nederlaag tegen Johan!) zoeter te maken? Omdat mijn eerste kennismaking met het Fajarowicz-gambiet wel eens de reden zou kunnen zijn waarom ik ooit besloot met Wilfred lid te worden van Caissa, stiekem hopend na bestudering van deze opening mijn tegenstanders te kunnen verschalken?
Jan Timmerman (0) - Karol Lesman (0), 2010.02.09
door
De uitwedstrijd tegen BRON 1 werd zo rond half twaalf tijdens de allerlaatste partij beslist, en dat na een plus-remise van de uitstekend spelende Steven op het eerste bord tegen de gevreesde Zijad Becic. Steven had twee pionnen meer en beide spelers minder dan zeven minuten op de klok, maar de listige Zijad wist met eeuwig schaak Steven op remise te houden en Caissa 12 van het eerste punt in de tweede klasse.
Daarvoor was de strijd redelijk gelijk opgegaan: nadat Frans op het tweede bord een tegenstander had getroffen die een maatje te groot was geweest, wist Jeanne op bord vier even simpel als overtuigend haar tegenstander van het bord te schuiven. Vervolgens redde Pold het niet op het laatste bord, maar kon de captain op bord vijf na vrij snel twee pionnen in de opening te hebben buitgemaakt de capitulerende hand van zijn opponent schudden. Lange tijd bleef de 2-2 op het scorebord staan, vooral omdat de tegenstander van Jaap (T.) weigerde de handdoek in de ring te gooien, hoewel allang duidelijk was dat hij of mat zou gaan of minstens een toren zou verliezen. Hij stelde remise voor en onderbouwde zijn aanbod met de claim dat hij ziek was. Jaap weigerde het aanbod van de simulant, die vervolgens zijn dame schonk en kort daarop de partij. Omdat Wouter op bord zes in tijdnood helaas had moeten opgeven was de stand rond elf uur 3-3, waarna Jaap (van V.) met een stuk minder het onderspit delfde.
Uitslag: BRON 1 – Caissa 12: 4,5 – 3,5
Bord 1: Zijad Becic – Steven Kuipers: 0,5 – 0,5
Bord 2: A. Smajic – Frans Oranje: 1 – 0
Bord 3: Martin Tomanic – Jaap van Velzen: 1 – 0
Bord 4: Ramo Kadric – Jeanne Potters: 0 – 1
Bord 5: Nermin Karagic – Karol Lesman: 0 – 1
Bord 6: Hamzalijah Mehmedovic – Wouter Egas: 1 – 0
Bord 7: M. Belhawi – Jaap Tanja: 0 – 1
Bord 8: Jovan Milovic – Pold Gomperts: 1 – 0
door
Geïnspireerd door het persoonlijke verhaal van Martijn over zijn laatste Coruservaring, wil ik nu iets kwijt over die van mij. Ik deed dit jaar voor de derde keer mee aan de weekendvierkampen. Mijn jongere broers Francis (2073) en Edwin (1890) doen dit al jaren. Sinds ik schaken een wat serieuzere plaats in mijn leven heb gegeven en al enkele jaren met zoveel plezier bij Caïssa speel mag oudste broer Karol nu ook mee. Francis reserveert een kamer in Hotel Sonnevanck en Edwin ontmoet ik op de vrijdag altijd ergens in Nederland in een trein richting Beverwijk.
Het eerste jaar speelde ik op het balkon (leuk uitzicht over de zaal; laatste met 0 uit 3), het tweede jaar in café De Zon (‘gezellig’ dicht op elkaar en ietwat rumoerig; eerste met 2 uit 3) en nu opnieuw op het balkon (derde met 1 uit 3). Het is nooit leuk (of misschien juist wel) om verliespartijen te laten zien, maar ik vond deze overwinning wel mooi. Daarom.
Lingen, Joop van (1565) - Lesman, Karol (1521), 2009.01.17